Totstandkoming van het Landelijk beeld Volwasseneneducatie
Voor een effectieve, landelijke aanpak van laaggeletterdheid is meer inzicht nodig in deelname aan WEB-bekostigde volwasseneneducatie. Dit klinkt eenvoudig, maar het is een hele uitdaging om op landelijk niveau informatie te verzamelen en te monitoren. Aantink Yeh is priocoördinator digitale vaardigheden bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Bij Het Begint Met Taal vertelt ze over de ontwikkeling van het Landelijk beeld Volwasseneneducatie. “Doe allemaal mee!”
Aantink Yeh: “Wat we missen, en wat we wel nodig hebben voor een goede aanpak voor laaggeletterdheid, is inzicht. Sinds gemeenten in 2015 voor de uitvoering van de Wet educatie en beroepsonderwijs (WEB) de vrijheid kregen om ook andere aanbieders dan het ROC te contracteren voor volwasseneneducatie is er geen goed landelijk beeld meer geweest. We hebben lokale én landelijke statistieken nodig om te weten hoeveel mensen en welke doelgroepen we bereiken met de WEB-middelen. Bovendien zijn dit soort gegevens nodig om inzicht te krijgen in wat er met belastinggeld gebeurt en waar een eventueel tekort aan middelen is.”
Monitor voor landelijk inzicht
Om dat landelijk inzicht te krijgen heeft Tel mee met Taal samen met het CBS en gemeenten een monitor ontwikkeld, waarvan Yeh de trekker is. “We hebben eerst onderzoek gedaan met gemeenten, VNG en Divosa; wat willen we weten, welke gegevens willen we verzamelen en zijn die gegevens beschikbaar? Toen we dat in kaart hadden gebracht hebben we het CBS opdracht gegeven om te onderzoeken hoe deze gegevens verzameld en vergeleken kunnen worden.”
Rol van gemeenten
De verantwoordelijkheid om gegevens te verzamelen en aan te leveren bij het CBS ligt bij gemeenten. In de ene regio verzamelt de contactgemeente alle informatie en stuurt die dan naar het CBS, in andere regio’s laten ze het over aan de individuele gemeenten of besteden ze monitoring uit aan een externe partij, die de gegevens aanlevert bij het CBS. Sommige regio’s laten aanbieders van volwasseneneducatie zelf de gegevens aanleveren. Veel aanbieders die zijn aangesloten bij Het Begint met Taal gebruiken hiervoor de online tool MATCH, die gebruikt wordt voor het koppelen van deelnemers en vrijwilligers.
“Gemeenten zijn nog niet verplicht data voor de monitor aan te leveren,” vertelt Yeh, “maar je bent het als gemeente wel aan jezelf verplicht om dit soort data in kaart te brengen en te verzamelen. Anders kun je ook niet goed sturen op de uitvoering en je eigen aanpak. Gemeenten kunnen het dus zien als een stimulans om aan de slag te gaan met monitoring.”
Doe allemaal mee!
Yeh roept iedereen op mee te doen: “Alleen als iedereen meedoet krijgt de landelijke monitor echt waarde. Als je een bijdrage wilt leveren aan de aanpak van laaggeletterdheid, dan moet je ook zelf in beeld hebben wie je bereikt. Doe dus allemaal mee! En stel jezelf de vraag: waar kan het anders, waar kan het beter, waar moeten we op bijsturen? Dat weet je alleen als je dit soort gegevens verzamelt.”